Al Capone, the Untouchables, the Chicago Mob, John Dillinger, Terrible Tommy O’Connor, H.H. Holmes, the Chicago Black Sox, Leopold and Loeb, bankovervallen en de drooglegging, Cap George Streeter, het Biograph Theatre, Holy Name Cathedral, Clark Street Bridge… Wie van misdaad houdt, komt in Chicago aan zijn trekken – al is er het nodige inbeeldingsvermogen nodig om je weer te wanen in de schimmige periode van bijna honderd jaar geleden.
In 2009 was ik enkele dagen in Chicago en ik bezocht veel van de genoemde plekken, in de hoop nog iets terug te vinden van het criminele verleden van de stad. Jammer genoeg viel dat wat tegen – ik keek nog het meest mijn ogen uit in het Chicago History Museum (zie foto rechts), en dat wil wat zeggen. Dit artikel is bedoeld voor de misdaadminnende reiziger die het toch niet kan laten om te doen wat ik deed: op zoek naar de plaatsen delict in Windy City! Met helemaal onderaan een goede tip voor een geweldige avond die past bij dit thema.
Wilde jaren
In de jaren ’20 kende Chicago enkele berucht geworden bendes die enorm rivaliseerden, in hun pogingen om de grootste te worden in wat toen werd gezien als een goudmijn: de handel in drank. De verkoop van drank werd in 1920 in bijna alle staten illegaal – en daarmee lucratief. Oorspronkelijk uit New York City afkomstige gangsters als Johnny Torrio en Al Capone profiteerden van de gelegenheid, met hun handel in drank, prostitutie, gokspelen en afpersing. Hun organisaties kochten politie en politici om en bedreigden iedereen die tegenwerkte; het stikte in die jaren van de corruptie. Men raakte in de straten gewend aan het geluid van vurende machinegeweren; in totaal stierven er dit decennium 500 criminelen een gewelddadige dood. Het bloedbad op Valentijnsdag 1929 luidde het einde in van deze bloedige periode; de inwoners van Chicago pikten het niet meer en eisten actie van de mensen die waren aangesteld om hen te beschermen.
Bloed op Valentijnsdag
Bij het ‘St. Valentine’s Day Massacre’ op 14 februari 1929 werden zeven mannen op koelbloedige wijze geëxecuteerd bij de SMC Cartage Company, een bedrijf dat als dekmantel gebruikt werd door de North Side Gang, een Amerikaans-Ierse bende onder leiding van George ‘Bugs’ Moran. Het bedrijf was gesitueerd aan 2122 North Clark Street, in een autogarage/opslagplaats die sinds 1967 niet meer bestaat (foto 1929 en 2009, de pilaren zijn er nog). De schutters hoorden bij een andere Amerikaans-Italiaanse bende, de South Side Gang, onder leiding van Al Capone. De mannen van opdrachtgever Capone, die tijdens de misdaad zelf in Florida zat, arriveerden in de ochtend bij de garage, vermomd als agenten. Niet veel later vond de executie plaats. Er werden 72 kogelhulzen gevonden. De FBI pakte de zaak op en kwam met enkele concrete verdachten, maar tot op de dag van vandaag is de zaak niet opgehelderd.
Little Italy, in The Patch
In totaal waren er die periode twaalf voornamelijk Ierse bendes Chicago onveilig. Capone troefde ze allemaal af en zo kreeg zijn bende de absolute alleenheerschappij. De Chicago Outfit was geboren. Een bijzonder grote maffiabaas binnen die organisatie was Sam Giancana, een opvolger van Capone (Giancana is de man die bevriend was met Frank Sinatra; die connectie is boeiend en is een apart artikel waard, komt ook JFK nog in voor). Hij groeide op in stadsdeel The Patch, in Little Italy. Ik heb er rondgelopen. en dan met name in het belangrijke Taylor Street, waar Giancana ooit flaneerde en ontzag inboezemde. Little Italy is niet meer wat het geweest is en je kunt je in principe een reis naar dit deel van Chicago besparen. Mijn tip: lees het deels op fantasie gebaseerde boek Double Cross, van broertje Chuck Giancana, als je wilt weten wat er zich ooit afspeelde in deze straten, in de wijk waar ik in 2009 een vreselijke pizza at. Zelfs dat stukje Italiaanse glorie is allang vervlogen.
Vermoord bij de kerk
Maar natuurlijk is er veel meer te zien in Chicago. Bezoek het Biograph Theater op 2433 North Lincoln Avenue, waar topcrimineel John Dillinger in 1934 werd vermoord door de FBI, na een vuurgevecht en een jaren durende klopjacht (zie de film Public Enemies!). Of bezoek de Holy Name Cathedral. Hier kwam de Pools-Amerikaanse gangster Henry Earl J. Wojciechowski, beter bekend onder het pseudoniem Hymie Weiss, in 1926 om het leven. Net als George ‘Bugs’ Moran was hij een tijdje de leider van de North Side Gang. In de gevel van de kerk zijn kogelgaten stille getuigen van wat zich hier afspeelde – er is ook een plaquette over de gebeurtenis bevestigd aan de muur. De locatie: klik hier. Wie op Google zoekt, kan nog veel meer historische locaties vinden; een hele uitgebreide site daarvoor is deze. Ben je in dit onderwerp geïnteresseerd, dan kun je op die site uren rondkijken! Zie bijvoorbeeld deze pagina over het bloedbad op Valentijnsdag…
The Green Mill
De sfeer is geweldig in de Green Mill Cocktail Lounge, een jazzclub die haar naam dankt aan de Parijse Moulin Rouge (Rode Molen). Tijdens de drooglegging was Jack McGurn, uit de bende van Capone, één van de managers. Al Capone kwam hier vaak: het was zijn favoriete club. Er gaan geruchten dat er achter de bar nog steeds kogelgaten zijn uit de wilde tijd, en dat er ook nog een luik is naar een geheime ondergrondse tunnel die vroeger werd gebruikt als de criminelen zich snel uit de voeten moesten maken. De muziek van de man op de foto was geweldig, maar stiekem was ik natuurlijk aan het afdwalen, die avond. Wat zou er hier allemaal gebeurd zijn? Welke deals zijn er hier gesloten, welke doodsvonnissen zijn hier getekend? En: zou het waar zijn van die geruchten? Het bezoeken waard!
Speak Your Mind